Reservestof

Vorming van reservestoffen
bij bedektzadigen
    • zaadknop (ovulum)
      • 1-2 integumenten met micropyle
      • nucellus = macrosporangium
        • perisperm (2n)
        • kiemzakmoedercel = embryozakmoedercel =
           macrosporemoedercel = macrosporocyt
            meiose
          • primair endosperm (1n, haploïde)
          • macrosporetetrade (1n, haploïde)
            • 3 macrosporen †
            • 1 functionele macrospore = kiemzakkern
              • macroprothallium (≈ "embryozak")
                • 3 antipoden,
                • 2 synergiden
                • eicel of eikern (ovum)
                  bevruchting ( ♂ gamete)
                  • zygote (2n, diploïde)
                    • embryo
                      • kiemdrager (suspensor)
                      • worteltje
                      • 2 zaadlobben (cotylen)
                      • spruit
                • 2 polaire celkernen
                  • secundaire embryozakkern (2n)
                    dubbele bevruchting ( ♂ gamete)
                    • secundair endosperm (3n, triploïde)
  • Verklaring:
    opslagplaats voor reservestoffen

    Reservestoffen bij planten zijn de benodigde stoffen voor de groei en ontwikkeling van het planten-embryo, en vervolgens voor de kieming en de groei van de jonge plant.

    Reservestoffen bestaan uit zetmeel, vetten en eiwitten die zich bevinden in bepaalde weefsels in de zaden van zaadplanten. De reservestoffen zijn afkomstig van fotosynthese en verdere assimilatie door de ouderplant. Ook kunnen planten reservestoffen opslaan in verdikte organen zoals stengels of wortels om ongunstige perioden te overleven.

    Plaats

    De reservestoffen worden in zaden aangetroffen in weefsels van een verschillende oorsprong: het perisperm, het endosperm en de zaadlobben van het embryo en de jonge plant. Voorbeelden van plantaardige reservestoffen in zaden zijn zetmeel bij graan (zoals tarwe, rogge, gierst, haver) en boekweit, plantaardige olie bij koolzaad of eiwitten bij peulvruchten (zoals tuinboon, erwt, linze en boon). Voorbeelden van planten die in andere organen reservestoffen opslaan zijn zijn suikerbiet, peen en aardappel.

    Perisperm

    Zie Perisperm voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

    Perisperm is een diploïde (2n) weefsel. Het perisperm bestaat uit nucellusweefsel van de moederplant. Het is homoloog met het weefsel van een macrosporangium. De nucellus vormt de kiemzakmoedercel, embryozakmoedercel of macrosporemoedercel, die de macrospore(n) vormt.

    Endosperm

    Zie Endosperm voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

    Het endosperm vormt gewoonlijk het belangrijkste deel van de reservevoedsel van het zaad. Er worden twee typen endosperm onderscheiden: het primair endosperm en secundair endosperm, afhankelijk van de herkomst van het weefsel.

    Primair endosperm is een haploïde (1n) weefsel dat ontstaat uit weefsel van de moederplant na de reductiedeling (meiose) ten tijde van de vorming van de kiemzak.

    Secundair endosperm is een triploïde (3n) weefsel dat ontstaat bij de dubbele bevruchting van twee polaire kernen door een mannelijke kern uit de pollenbuis

    Zaadlobben

    De zaad- of kiemlobben bestaan uit een diploïde (2n) weefsel, dat een deel is van het embryo en jonge plant, die bij verschillende soorten de reservestoffen kunnen worden opgeslagen. De reservestoffen zijn afkomstig van de moederplant. Voorbeeld: peulvruchten.

    • Peulvruchten
    • Pinda's
      Pinda's
    • Linzen
      Linzen
    • Keker of kikkererwt
      Keker of kikkererwt
    • Bruine bonen
      Bruine bonen
    • Tuinboon
      Tuinboon

    In vegetatieve delen

    Ook in stengels, uitlopers en wortels kunnen reservestoffen door de planten worden opgeslagen. Veel cultuurgewassen worden gekweekt vanwege de opslag van reservestoffen, zoals aardappel, aardpeer, pastinaak, rode biet, schorseneer, suikerbiet, voederbiet, wortel (waspeen).

    • Aardappels
      Aardappels
    • Aardperen
      Aardperen
    • Pastinaken
      Pastinaken
    • Rode bieten
      Rode bieten
    • Schorseneren
      Schorseneren
    • Wortels
      Wortels
    • suikerbieten
      suikerbieten
    Bronnen, noten en/of referenties

    Literatuur

    • (nl) Kalkman C. (1972) Mossen en vaatplanten: bouw, levenscyclus en verwantschappen van de Cormophyta. A. Oosthoek's uitgeversmaatschappij N.V., Utrecht
    • (nl) Lanjouw, J. (1968) Compendium van de Pteridophyta en Spermatophyta (voortzetting van Pulles compendium). Academische Paperback. A. Oosthoek's Uitgeversmaatschappij N.V., Utrecht
    • (nl) Stoffers, A.L. red. (1982) Compendium van de Spermatophyta. Bohn, Scheltema & Holkema. Utrecht / Antwerpen
    · · Sjabloon bewerken
    Algemeen, habitus
    Levensvorm, groeivorm:fytografie · boom · boomkruin · bladverliezend · chamefyt · dwergstruik · eenjarige plant · epifyt · fanerofyt · fenologie · geofyt · grasachtige plant · groeivorm · groenblijvend · halfstruik · hapaxant · heester · helofyt · hemikryptofyt · houtige plant · hydrofyt · klimplant · kruidachtig · levensduur · levensvorm · liaan · loofboom · loofverliezend · meerjarige plant · monocarpisch · naaldboom · overblijvend kruid · overblijvende plant · pol · rozet · struik · succulent · teloomtheorie · thallus · therofyt · tweejarige plant · vaste plant · waterplant
    Cellen en Weefsels
    Anatomie & morfologie:apoplast · bladgroenkorrel · celwand · chloroplast · collenchym · cortex · cuticula · eicel · epidermis · felleem · fellogeen · felloderm · floëem · gameet · gametofyt · haar · houtvat · huidmondje · hypodermis · intercellulair · klierhaar · kurk · kurkcambium · kurkschors · merg · meristeem · middenlamel · palissadeparenchym · parenchym · periderm · plantaardige cel · plastide · schors · sclereïde · sclerenchym · spermatozoïde · sponsparenchym · steencel · stippel · symplast · topmeristeem · trachee · tracheïde · tylose · vaatbundel · vacuole · vrucht · xyleem · zaadcel · zeefvat · zygote
    Organen, orgaanstelsels
    Wortel:bijwortel · centrale cilinder · diktegroei · endodermis · exodermis · luchtwortel · medulla · merg · penwortel · pericambium · pericykel · rhizodermis · rizoïde ·secundaire diktegroei · centrale cilinder · topmeristeem · wortel · wortelhaar · wortelmutsje · zijwortel
    Stengel, stam:bast · cambium · centrale cilinder · cladodium · cladofyl · concaulescentie · cortex · diktegroei · fyllocladium · knoop · lenticel · metatopie · stekel · stele · spil · stengel · tak · topmeristeem · schors · stam · uitloper · vertakking · wortelstok
    Blad:ader · blad · bladgroen · bladgroenkorrel · bladkussen · bladmoes · bladnerf · bladschede · bladschijf · chloroplast · bladstand · bladsteel · bladvoet · catafyl · cladoprofyllum · chlorenchym · fyllodium · fyllotaxis · hoofdnerf · kokertje · ligula · nerf · nervatuur · prefoliatie · ptyxis · steunblaadje · tongetje · tuitje · vernatie · zaadlob · zijnerf
    Levenscyclus, bloei, voortplanting
    Bloem, gameetspore:actinomorf · androecium · androfoor · androgynofoor · anthofoor · anthere · anthotaxis · bijkelk · bloemstengel · bloeiwijze · bloemgestel · bloem · bloembodem · bloembekleedsel · bloemdek · bloemdekblad · bloemkroon · bloemstengel · bractee · calyx · carpel · carpofoor · caulis · connectivum · corolla · discus · epicalyx · estivatie · filament · funiculus · gametofyt · gynoecium · gynofoor · helmbindsel · helmdraad · helmhokje · helmhokje · hoogteblad · hypanthium · hypsofyl · inflorescentie · integument · kegel · kelk · kelkblad · knopligging · kroon · kroonblad · macrospore · meeldraad · meeldraaddrager · microspore · nucellus · omwindsel · ovarium · ovulum · periant · perigoon · petaal · pollenbuis · receptaculum · schijf · schutblad · sepaal · sporangium · spore · sporofyl · sporophyllum · sporofyt · stamper · stamperdrager · stempel · stengel · stigma · stijl · stylopodium · strobilus · tepaal · theca · vruchtbeginsel · vruchtblad · zaadknopkern · zygomorf
    Zaad, vrucht, kieming:carpel · cotyl · cryptocotylair · embryo · endosperm · epigeïsch · fanerocotylair · hypogeïsch · integument · kieming · kiemopening · kiemwit · micropyle · micropylaire buis · mierenbroodje · navelstreng · perisperm · placenta · pluimpje · schijnvrucht · vaatmerk · vrucht · vruchtbeginsel · vruchtblad · zaad · zaadbeginsel · zaadknop · zaadhuid · zaadlijst · zaadlob · zygote