Eerste Kamerverkiezingen 1893

Eerste Kamerverkiezingen 1893
Datum 11 juli 1893
Land Vlag van Nederland Nederland
Te verdelen zetels 50
(33 leden waren niet-aftredend)
Opvolging verkiezingen
← 1890     1896 →
Portaal  Portaalicoon   Politiek
Nederland

De Eerste Kamerverkiezingen 1893 waren reguliere Nederlandse verkiezingen voor de Eerste Kamer der Staten-Generaal. Zij vonden plaats op 11 juli 1893.

De verkiezingen werden gehouden voor een derde deel van de zittende leden van de Eerste Kamer van wie de zittingstermijn afliep. Bij deze verkiezingen kozen de leden van Provinciale Staten - die bij de Statenverkiezingen in mei 1892 gekozen waren - in elf kiesgroepen naar provincie[1] zeventien nieuwe leden.

De uitslag van de verkiezingen was als volgt:

Groepering/partij Zetels Zetelverdeling naar provincie[1]
1890 Af[2] Bij[3] 1893 +/- Gr F D O Ge U NH ZH Z NB L
Liberale Unie 32/34[4] 12 10 32 -2  3 4 2 3 1 8 10 1
katholieken 11  4  5 12 +1   2 1 6 3
Anti-Revolutionaire Partij  1/2[4]  0  2  4 +2   2 1 1
conservatief-liberalen  2  1  0  1 -1 1
conservatieven  2/1[4]  0  0  1 0 1
gematigde liberalen 2/0[4]  0  0  0 0
totaal 50 17 17 50 0 3 4 2 3 6 2 9 10 2 6 3

Gekozenen

Bij deze verkiezingen waren zeventien leden aftredend, van wie dertien leden herkozen werden. De stemmingen voor de overige vacatures hadden de volgende resultaten:

  • Door Provinciale Staten van Gelderland werd Willem Cremers (katholieken) gekozen die de aftredende afgevaardigde Jacobus Thooft (Liberale Unie) versloeg met 32 tegen 28 stemmen.
  • Door Provinciale Staten van Gelderland werd Derck Engelberts (Anti-Revolutionaire Partij) gekozen die de aftredende afgevaardigde Justinus van Nagell (conservatief-liberalen) versloeg met 31 tegen 29 stemmen.
  • Door Provinciale Staten van Noord-Holland werd Melchert de Jong (Liberale Unie) gekozen in de vacature ontstaan door het aftreden van Jan Kappeyne van de Coppello die had aangegeven niet herkiesbaar te zijn.
  • Door Provinciale Staten van Zeeland werd Karel Godin de Beaufort (Anti-Revolutionaire Partij) gekozen die de aftredende afgevaardigde Willem Six (Liberale Unie) versloeg met 17 tegen 10 stemmen.

De zittingsperiode van de Eerste Kamer ging in op 19 september 1893. De zittingstermijn van de gekozen Kamerleden bedroeg negen jaar.[5]

Bronnen

  • De Telegraaf, 12 juli 1893

Noten

  1. a b Zie Eerste Kamerverkiezingen voor een nadere toelichting.
  2. Aftredend in 1893 vanwege het bereiken van het einde van de zittingstermijn.
  3. Gekozen c.q. herkozen bij de verkiezingen in 1893.
  4. a b c d Het aantal zetels is gewijzigd door tussentijdse verkiezingen gedurende de zittingsperiode.
  5. Om de drie jaar was een derde deel van de Kamerleden aftredend.
Vlag van Nederland
· · Sjabloon bewerken
Eerste Kamerverkiezingen

*1850 · 1853 · 1856 · 1859 · 1862 · 1865 · 1868 · 1871 · 1874 · 1877 · 1880 · 1883 · *1884 · 1887 (I) · *1887 (II) · *1888 · 1890 · 1893 · 1896 · 1899 · 1902 · *1904 · 1907 · 1910 · 1913 · 1916 · *1917 · 1919 · *1922 · *1923 · 1926 · 1929 · 1932 · 1935 · *1937 · *1946 · *1948 · 1951 · *1952 · 1955 · *1956 (I) · *1956 (II) · 1960 · *1963 · 1966 · 1969 · *1971 · 1974 · 1977 · 1980 · *1981 · *1983 · *1986 · 1987 · 1991 · 1995 · 1999 · 2003 · 2007 · 2011 · 2015 · 2019 · 2023
* algemene verkiezingen in verband met vervroegde ontbinding van de Eerste Kamer
vanaf 1987 bedraagt de vaste zittingstermijn van de Eerste Kamer vier jaar