Mij

Mij, met als gereduceerde vorm me, is een persoonlijk voornaamwoord in het Nederlands waarmee de spreker zichzelf in de voorwerpsvorm aanduidt. Als zodanig is het de tegenhanger van de onderwerpsvorm ik.

De voorloper in het Oudnederlands was mi. Ook dit was al de vorm voor zowel de datief als de accusatief, net als tegenwoordig. De onbeklemtoonde vorm was al in het Oudnederlands hetzelfde (me).[1]

Bronnen, noten en/of referenties
  1. MIJ (VOORNAAMWOORD). etymologiebank.nl. Geraadpleegd op 2 juni 2016.
· · Sjabloon bewerken
Nederlands
Spelling:Nederlandse spelling · Nederlandse spellingregels · dt-fout · aardrijkskundige namen · accenttekens · achternamen · afbreken · apostrof · Groene Boekje · hoofdletter · koppelteken · liggend streepje · onjuist spatiegebruik · paarde(n)bloemregel · smurfenregel · Spellingwijzer Onze Taal · trema · tussen-n · tussen-s · alternatieve spelling
Grammatica:Nederlandse grammatica · croma-zin · hete hangijzers · inversie · samentrekking
Zelfstandig naamwoord: geslacht · haar-ziekte · meervoud · samenstelling
Persoonlijk voornaamwoord: du · haar · hem · hen/hun-onderscheid · hij · hun als onderwerp · ik · jij · gij · jou · jullie · men · mij · ons · u · wij · zij
Wederkerend voornaamwoord: zich
Bijvoeglijk naamwoord: buigings-e
Werkwoord: vervoegingen · sterk en onregelmatig · onregelmatig · 't kofschip · voltooid deelwoord · rode en groene werkwoordsvolgorde
Voorzetsels
Modaal partikel
Fonologie:zachte g · Gooise r · klankinventaris · Poldernederlands · Assimilatie (taalkunde)
Variëteit:Standaardnederlands · Nederlands in Nederland · ... in België · ... in Suriname · Verschillen tussen het Nederlands in België, Nederland en Suriname · Nederlandse dialecten (Hollands · Brabants · Vlaams · Zeeuws · bdht-klinkerregel)
Geschiedenis:geschiedenis van het Nederlands · geschiedenis van de Nederlandse spelling · Oudnederlands · Middelnederlands · Vroegnieuwnederlands · Nieuwnederlands
WikiWoordenboek
Zoek mij op in het WikiWoordenboek.