Braak-stadiëring

A. Schematische beginnende progressie van alfa-synucleïne-afzettingen in de eerste stadia van de ziekte van Parkinson, zoals voorgesteld door Braak en zijn collega's.
B. Lokalisering van het gebied waar een significante afname in hersenvolume zichtbaar is in beginnende Parkinson, vergeleken met een groep deelnemers die géén Parkinson hadden. Schade aan de hersenstam bleek bij deze studie mogelijk het eerste waarneembare stadium van neuropathologie bij de ziekte van Parkinson.[1]
Positieve alfa-synucleïne-kleuring in een lewy-lichaampje in een patiënt met de ziekte van Parkinson.

De Braak-stadiëring verwijst naar twee methoden om de ernst van pathologie vast te stellen bij de ziekte van Parkinson en de ziekte van Alzheimer. De methoden worden zowel in het onderzoek als in de diagnostiek toegepast. De stadiëring kan worden vastgesteld op basis van een autopsie van de hersenen.

Ziekte van Parkinson

Het belangrijkste pathologische kenmerk van de ziekte van Parkinson is de celdood in de substantia nigra. De celdood is het grootst in het ventrale gedeelte van de pars compacta van de substantia nigra: tot 70% van de cellen in dit gedeelte zijn aangetast op het moment de patiënt overlijdt.[2] Hoe de celdood tot stand komt, kan variëren.[3] Een van de manieren is de pathologische ophoping van alfa-synucleïne, een eiwit dat in de hersenen voorkomt. Door ophoping van dit eiwit, kunnen lewy-lichaampjes ontstaan.[2]

Theorie van Braak

De stadiëring van de ziekte van Parkinson werd voor het eerst beschreven door Heiko Braak in 2003.[4] Braak en zijn collega's stellen dat Parkinson begint wanneer een aanvaller van buitenaf het lichaam binnendringt via de neus of het gastro-intestinale systeem en het centrale zenuwstelsel (CZS) bereikt. De aanwezigheid van lewy-lichaampjes in het enterische en perifere zenuwstelsel onderbouwen deze stelling. De lewy-pathologie verspreidt zich door het CZS en raakt vooral dikke en grotendeels ongemyeliniseerde neuronen. Volgens Braak en collega's begint de ziekte in het enterische zenuwstelsel en treedt het het CZS binnen via de nervus vagus.[5]

Op basis van deze bevinding, hebben Braak en zijn collega's een stadiëringssysteem ontwikkeld, dat bestaat uit zes stadia. Elk stadium wordt gekenmerkt door abnormale pathologie in een specifieke neurologische structuur. Qua symptomatologie, nemen het type en de ernst van de kenmerken van de ziekte toe met elk hoger stadium.[6]

De vroegere stadia worden gekenmerkt door niet-beweginggerelateerde symptomen, zoals een verminderd reukvermogen of constipatie. Bewegingsstoornissen presenteren zich meestal in de middelste stadia en cognitieve problemen ontstaan in de latere stadia.[7]

1e stadium

Braak-stadiëring: Lichtgeel: oorsprong van de pathologie van Parkinson.
Roze/paars: 1e en 2e stadium.
Blauw: 3e en 4e stadium.
Oranje: 5e stadium.
Donkergeel: volledige betrokkenheid van de neocortex, 6e stadium.[4][6]

De ziekte begint in de structuren onder in de hersenstam en het reuksysteem. Met name de nucleus posterior nervi vagi in de medulla oblongata en de nucleus olfactorius anterior zijn aangetast.[7] Lewy-neurieten, draadvormige alfa-synucleïne-ophopingen, komen in dit stadium nog meer voor dan de ronde lewy-lichaampjes.[4]

2e stadium

Bovenop de pathologie die wordt gezien in het eerste stadium, wordt het tweede stadium gekenmerkt door laesies in de nuclei raphes en de nucleus gigantocellularis in de medulla oblongata.[4][7] De ziekte verspreidt zich dan omhoog langs de hersenstam, richting de locus caeruleus in de dorsale pons. Net als in het eerste stadium, zijn er meer lewy-neurieten dan -lichaampjes.[4]

3e stadium

Aan het begin van het derde stadium, heeft de ziekte de substantia nigra bereikt en beginnen zich lewy-laesies te vormen in de pars compacta.[4][7] In de tweede helft van dit stadium, verspreidt de ziekte zich naar de nucleus basalis van Meynert, een groep cellen die acetylcholine produceren in de basale voorhersenen. In de structuren die in de eerste twee stadia zijn aangetast, beginnen zich meer lewy-lichaampjes te vormen.[4]

4e stadium

Het vierde stadium wordt gekenmerkt door ernstige beschadiging van dopaminerge cellen in de pars compacta van de substantia nigra. Ook de mesocortex en de allocortex worden aangedaan; de neocortex blijft nog gespaard. In de amygdala en in bepaalde kernen van de thalamus kan ook schade worden gevonden. Tevens raakt de nucleus olfactorius anterior ernstig beschadigd.[4][7]

5e stadium

De ziekte begint inmiddels de neocortex aan te tasten en bereikt structuren in de temporale, pariëtale en frontale kwabben.[7] Er kan celdood worden waargenomen in de substantia nigra, de nucleus posterior nervi vagi, de nucleus gigantocellularis en de locus caeruleus.[4]

6e stadium

De ziekte heeft zich door de hele neocortex verspreid, waarbij zowel beweging als waarneming wordt aangetast. De ziekte is op zijn ernstigst.[4][7]

Ziekte van Alzheimer

Braak beschreef in 1991 ook de stadiëring van de ziekte van Alzheimer.[8]

Stadia I en II worden gebruikt wanneer neurofibrillaire tangles zich nog beperken tot de regio transentorhinalis van de hersenen. In stadia III en IV worden ook onderdelen van het limbisch systeem, zoals de hippocampus, getroffen. In stadia V en VI is de hele neocortex betrokken. De Braak-stadiëring moet niet worden verward met de verspreiding van amyloïde plaques. Dat proces verloopt anders.

Reisberg-stadiëring

De Reisberg-stadiëring is eveneens een stadiëringsmethode die gebruikt wordt bij dementie. In tegenstelling tot de Braak-stadiëring is deze niet zozeer gericht op de lichamelijk objectiveerbare afwijkingen, maar op de mate van beperking. De Reisberg-schaal loopt van 1 (gezond) tot en met 7 (zeer diep dement).

Bronnen, noten en/of referenties

Dit artikel of een eerdere versie ervan is een (gedeeltelijke) vertaling van het artikel Braak staging op de Engelstalige Wikipedia, dat onder de licentie Creative Commons Naamsvermelding/Gelijk delen valt. Zie de bewerkingsgeschiedenis aldaar.


Referenties:

  1. (en) Jubault T, Brambati SM, Degroot C (2009). Regional brain stem atrophy in idiopathic Parkinson's disease detected by anatomical MRI. PLoS ONE 4 (12): e8247. PMID 20011063. PMC 2784293. DOI: 10.1371/journal.pone.0008247.
  2. a b (en) Davie CA (2008). A review of Parkinson's disease. Br. Med. Bull. 86: 109–27. PMID 18398010. DOI: 10.1093/bmb/ldn013.
  3. (en) Obeso JA, Rodriguez-Oroz MC, Goetz CG, Marin C, Kordower JH, Rodriguez M, Hirsch EC, Farrer M, Schapira AHV (2010). Missing pieces in the Parkinson's disease puzzle. Nature Medicine 16 (6): 653–661. ISSN: 1078-8956. DOI: 10.1038/nm.2165.
  4. a b c d e f g h i j (en) Braak H, Del Tredici K, Rüb U, de Vos RAI, Jansen Steur ENH, Braak E (2003). Staging of brain pathology related to sporadic Parkinson’s disease. Neurobiology of Aging 24 (2): 197–211. ISSN: 0197-4580. PMID 12498954. DOI: 10.1016/s0197-4580(02)00065-9.
  5. (en) Rietdijk CD, Perez-Pardo P, Garssen J, van Wezel RJA, Kraneveld AD (2017). Exploring Braak’s Hypothesis of Parkinson’s Disease. Frontiers in Neurology 8. ISSN: 1664-2295. PMID 28243222. PMC 5304413. DOI: 10.3389/fneur.2017.00037.
  6. a b (en) Visanji NP, Brooks PL, Hazrati LN, Lang AE (2013). The prion hypothesis in Parkinson's disease: Braak to the future. Acta Neuropathologica Communications 1: 2. ISSN: 2051-5960. PMID 24252164. PMC 3776210. DOI: 10.1186/2051-5960-1-2.
  7. a b c d e f g (en) Jellinger KA (2009). A critical evaluation of current staging of α-synuclein pathology in Lewy body disorders. Biochimica et Biophysica Acta (BBA) - Molecular Basis of Disease Parkinson's Disease 1792 (7): 730–740. DOI: 10.1016/j.bbadis.2008.07.006.
  8. (en) Braak H, Braak E (1991). Neuropathological stageing of Alzheimer-related changes. Acta Neuropathologica 82 (4): 239–59. PMID 1759558. DOI: 10.1007/BF00308809.