Belgische verkiezingen 1954
| Wetgevende verkiezingen 1954 | |||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Datum | 11 april 1954 | ||||||
| Land |  België | ||||||
| Te verdelen zetels | 212 (Kamer) 106 (Senaat) | ||||||
| Nieuwe regering | Van Acker IV | ||||||
| Vorige regering | Van Houtte | ||||||
| Opvolging verkiezingen | |||||||
| |||||||
| |||||||
Op 11 april 1954 werden in de Belgische verkiezingen gekozen voor een nieuwe samenstelling van Kamer en Senaat. Tegelijk werden de negen provincieraden verkozen.
Zetelverdeling Kamer 1954
4
82
1
95
5
24
1
4 82 1 95 5 24 1
De 212 zetels zijn als volgt verdeeld:
■ KPB: 4
■ BSP: 82
■ RSCL: 1
■ CVP: 95
■ Kartel Lib Soc: 5
■ Liberale Partij: 24
■ CVV: 1
Na de verkiezingen van 1950 waarin de CVP de absolute meerderheid in de wacht sleepte, waren liberalen en socialisten uit op revanche. Ze wonnen de verkiezingen van 1954 en vormden een regering van een nooit geziene soort: een zogenaamd paars kabinet van liberalen en socialisten met als bindmiddel het antiklerikalisme.
Ondertussen kwam het Vlaams nationalisme opnieuw op. Voorlopig nog onder de naam Christelijke Vlaamse Volksunie (CVV), een voorloper van de Volksunie, kwamen opnieuw Vlaamse nationalisten in het Belgische parlement. Een andere partij de communistische verloor intussen steeds meer aanhang.
| Partij | % | Kamer | Senaat | |
|---|---|---|---|---|
| CVP/PSC | 41.1% | 95 (-13) | 49 (-5) | |
| BSP/PSB | 37.3% | 82 (+9) | 42 (+5) | |
| LP/PL | 12.9% | 24 (+4) | 2 (-1) | |
| KPB/PCB | 3.6% | 4 (-3) | 2 (-1) | |
| CVV | 2.2% | 1 (+1) | 0 | |
| Kartel van liberalen en socialisten | 2.1% | 5 (+1) | 2 (—) | |
| Rassemblement Social Chrétien de la Liberté | 0.8% | 1 (+1) | 0 | |
| Totaal | 100% | 212 | 106 | |
Bronnen, noten en/of referenties
|
· 
· 
