Personalisme

Personalisme is een stroming in de filosofie die de "persoon" als hoogste vorm van "zijn" beschouwt. Deze variant van persoonlijk idealisme bloeide in de Verenigde Staten, vooral aan de Universiteit van Boston. Volgens het personalisme komt de hoogste mate van werkelijkheid en waarheid tot uitdrukking in de "persoon". Alleen een "persoon" heeft een vrije wil, alleen een "persoon" heeft waarde en alleen een "persoon" is ontologisch "waar", dat wil zeggen existent (bestaand). Personalistische opvattingen keren zich tegen het materialisme en wijsgerig naturalisme.

De filosofische wortels van deze stroming zijn terug te voeren op Berkeley en Leibniz. De term zelf is afkomstig van de Duitse theoloog en filosoof Friedrich Schleiermacher die personalisme in 1799 gebruikte om het geloof in een persoonlijke God aan te duiden, dit in tegenstelling tot het pantheïsme. Aan het eind van de 19e eeuw dook de term op in zijn huidige wijsgerige betekenis bij de Fransman Charles Renouvier (1903) en de Amerikaan Borden Parker Bowne (1908) met drie van zijn leerlingen: Albert Knudson (1873-1953), Ralph Flewelling (1871-1960) en in het bijzonder Edgar Sheffield Brightman (1844-1953). Veel personalisten hebben aan hun filosofie een christelijke invulling gegeven, zowel protestanten (Parker Bowne, Kohnstamm, De Rougemont) als katholieken (Dondeyne, Guardini, Kocbek, Mounier).

Het Europese personalisme heeft onder meer invloed ondergaan van het neothomisme (met name Jacques Maritain) en de levensfilosofie van Henri Bergson. Op zijn beurt beïnvloedde het personalisme het communitarisme.

In Nederland heeft het personalisme invloed gehad op de Nederlandse Volksbeweging (1945-1951). De beweging ontwikkelde haar eigen personalistisch socialisme, dat vorm moest geven aan het nieuwe Nederland van na de bevrijding.

In Vlaanderen werd het personalisme een cruciaal onderdeel van de ideologie van de christendemocratische CVP (nu CD&V).

De Afrikaanse Ubuntu-filosofie ("Ik ben omdat wij zijn"), de Slavische en Oosters-orthodoxe Sobornost-leer zijn los van de westerse vormen van personalisme ontstane levensfilosofieën, maar kunnen toch wel als communautair en personalistisch worden aangemerkt.[1][2] Ook de filosofie van de Joodse theoloog en filosoof Martin Buber vertoont belangrijke overeenkomsten met het personalisme evenals het Hindoeïstische concept integraal humanisme, ontwikkeld door Deendayal Upadhyaya.[3]

Personalisten

Verwijzingen

Bronnen, noten en/of referenties
  1. Sobornost is echter sterk collectivistisch gekleurd. Gaat het in de broerderschapsgedachte (en personalisme) om het voordeel dat het individu haalt uit de vrijwillige deelname aan het gemeenschapsleven, bij sobornost wordt het eigen voordeel opgegeven om deel uit te maken van de gemeenschap. Het individu offert zich hierbij gedeeltelijk op. Het personalisme is veel meer gericht op de spirituele groei van het individu en de ontwikkeling van de persoon. Bij sobornost gaat het om de spirituele groei van de gemeenschap, mogelijk ten koste van het individu. Sobornost is ook sterk theocentrisch (de gemeenschap wordt gedreven door de liefde van God en de liefde voor God); het personalisme antropocentrisch gericht.
  2. Ubuntu, meestal vertaald met "ik ben omdat wij zijn" is een gemeenschapsfilosofie waarbij de leden van de gemeenschap (bijvoorbeeld een dorp) zorg dragen voor elkaars stoffelijk en geestelijk welzijn. Men voelt zich echter niet alleen verbonden met de levenden, maar ook met overleden voorouders. Soms, maar dat hoeft niet, uit dit zich in voorouderverering (een nogal rekbaar begrip). Desmond Tutu is een bekende aanhanger van de Ubuntu-filosofie, bij leven waren Nelson Mandela en Julius Nyerere dat ook.
  3. Los van Deendayal Upadhyaya ontwikkelde Jacques Maritain de personalistische stroming die ook integraal humanisme heet en - ongeveer - uit gaat van dezelfde denkbeelden als Upadhyaya.